Agrarische gemeente Someren tekent SLA en gaat voor de lange adem

Gepubliceerd 27 augustus 2024

Someren ondertekende onlangs het Schone Lucht Akkoord. Nu vooral om de kennis van anderen te gebruiken om de lokale situatie in kaart te brengen en zoveel mogelijk verbeteringen van de luchtkwaliteit te onderzoeken. 'We kunnen niet alles zelf verzinnen', aldus wethouder milieu en natuur Willem van Doorn. Maar op termijn willen de Brabanders wel degelijk ook 'geven', in plaats van alleen halen. Met groot enthousiasme vertelt Van Doorn over de SLA-deelname van 'zijn' Someren.

Portretfoto van Willem van Doorn
Willem van Doorn, wethouder milieu en natuur van de gemeente Someren

Someren is een uitgestrekte plattelandsgemeente. 'We hebben 81,5 vierkante kilometer aan grondgebied; daar wonen 20.000 mensen op. Onze gemeente is van oudsher heel agrarisch, met veel intensieve veeteelt, die na de Tweede Wereldoorlog sterk ontwikkelde.'

Luchtkwaliteit flink onder druk

De aanwezigheid van zo veel agrarische bedrijven leidt zeker tot aandacht voor de buitenlucht en het uiteindelijk tekenen van het Schone Lucht Akkoord. 'Maar ook onze ligging in Zuidoost-Brabant, waar de nabijheid van het Ruhrgebied én de snelweg A67 ervoor zorgen dat de luchtkwaliteit flink onder druk staat. Terwijl het voor luchtverontreiniging kwetsbare nationaal park 'De Peel' om de hoek ligt.'

Nu hij de lokale situatie heeft geschetst, zoomt Van Doorn verder uit. 'In Noord-Brabant hebben we sowieso te maken met een slechtere kwaliteit van de lucht voor wat betreft fijnstof. En dan is Zuidoost-Brabant volgens mij wel een van de regio's waar het het slechtst is.'

Eerst meten en onderzoeken

Wat wil Van Doorn voor zijn gemeente bereiken met het ondertekenen van het akkoord? 'In eerste instantie willen we graag weten hoe de luchtkwaliteit op het moment is hier en dan samen met het netwerk onderzoeken wat we er allemaal aan kunnen doen. We kunnen niet alles zelf verzinnen. Vaak hangt het af van toevalligheden, dan hoor je eens ergens iets over wat er ook bij jou speelt. Met het Schone Lucht Akkoord hopen we meer structurele projecten, ideeën en maatregelen te kunnen ontsluiten en inzichten te kunnen krijgen.'

Met name door gebruik te maken van betere meetgegevens, wil Van Doorn een slag slaan. De wethouder milieu en natuur heeft er samen met de andere bestuurders bewust voor gekozen om het SLA te ondertekenen. 'De coalitie vindt het een belangrijk item.'

Lierop als knelpunt

Concreet speelt er vooral veel in Lierop, merkt hij op. 'Daar loopt de A67 doorheen en de buurgemeente heeft bijvoorbeeld een biovergister vlak over de grens staan. De mensen ruiken dat. We verwachten dat dat ook effect heeft op de luchtkwaliteit, maar willen dat wel eerst officieel meten. Net als de invloed van de intensieve veeteelt. We hebben via de provincie nu een mobiel luchtstation geregeld, waarmee we metingen kunnen doen. Die kunnen we voor een half jaar gebruiken en meten hoeveel fijnstof, koolstofdioxide en vluchtige stoffen er in de lucht zitten.'

'Op basis van die metingen willen we conclusies trekken. Kloppen onze vermoedens? En op basis van die cijfers gaan we bedenken wat we gaan doen. Het wordt een traject van de lange adem, want we moeten met iedereen in gesprek gaan. Zo'n mobiel meetstation wijst geen bron aan, maar wij zien natuurlijk wel waar er wat gebeurt met de cijfers. Kijk: er leven zorgen over de lucht hier in de gemeente. En we krijgen af en toe meldingen over stankoverlast. Maar we willen eerst meten en daarna pas maatregelen doen. En daar kunnen we het SLA-netwerk goed voor gebruiken; om kennis op te halen.'

En ook delen? 'Dat zou goed kunnen. Stel dat de lucht hier dusdanig afwijkend is van de rest van Brabant of Nederland. En we moeten bepaalde maatregelen nemen. Dan kunnen we daar natuurlijk ook weer onze kennis over delen.'

'Zo snel kunnen toetreden niet verwacht'

Het college waar Van Doorn deel van uitmaakt zit iets meer dan een jaar. Toetreding tot het Schone Lucht Akkoord was een speerpunt, maar dat dat al zo snel na de start gerealiseerd was, verbaast de wethouder. 'Het is lastig om capaciteit bij elkaar te krijgen op milieugebied, momenteel. Maar met hulp van de provincie Brabant én de organisatie van het SLA zelf lukte het toch om op korte termijn aan te sluiten. Dat had ik eerlijk gezegd een halfjaar geleden niet verwacht. De provincie heeft hiervoor een speciale organisatie opgericht en die helpen je rondom de besluitvorming en met de ambtelijke molens. Daar zijn we heel blij mee. We staan echt achter het doel om in 2030 de lucht met 50% te verbeteren. Nu is het zaak om te kijken hoe dat bij ons gerealiseerd kan worden.'