Oevers in Noord-Holland vervangen met drijvende waterstofgenerator
Een elektrisch werkschip opladen met een waterstofgenerator die op een ponton naast het schip drijft. Dat is een van de oplossingen die provincie Noord-Holland gebruikt om het groot onderhoud aan de oevers van de provinciale vaarwegen duurzaam uit te voeren. Jeroen Braakman: ‘Het is echt een uitkomst op plekken waar te weinig netcapaciteit is, of helemaal geen stroom is, zoals in afgelegen gebieden.’
Provincie Noord-Holland heeft zo’n 250 kilometer vaarwegen in beheer. Voor het groot onderhoud daarvan werkt de provincie samen met aannemerscombinatie Beens-Hakkers. Om het werk emissieloos uit te voeren, bouwde de aannemerscombinatie al een werkschip om, van diesel naar elektrisch. En ook ander materieel is elektrisch, zelfs zware tele-kranen. Maar ja, als je midden in de polder damwanden aan het vervangen bent, waar laad je zo’n schip en kraan dan op? In het buitengebied is meestal geen walstroom.
Drijvende waterstofgenerator
‘Het hoofd materieel van Beens kwam met een oplossing die we meteen omarmd hebben: een drijvende waterstofgenerator’, zegt Jeroen Braakman, senior projectmanager van het programma Duurzame Oeververvanging van provincie Noord-Holland.
Op een ponton naast het schip staat een waterstofgenerator van Watermeln en een container met waterstof waarop deze generator draait. De provincie ondersteunde de realisatie van deze waterstofvoorziening met een SPUK SEB-subsidie.
Uitkomst in buitengebied en bij festivals
‘Het ponton verplaatst met het schip mee. We hoeven er niets voor aan te leggen. Het is echt een uitkomst. Niet alleen voor werk op het water, maar bijvoorbeeld ook voor aanleg en onderhoud in natuurgebieden, waar je ook geen oplaadpaal bij de hand hebt. Ik vertel er intern heel vaak over, want zo’n waterstofgenerator kunnen we bij meer projecten inzetten’, zegt Braakman.
De generators van Watermeln staan ook vaak op evenementen waar geen bekabeling is of de netcapaciteit niet voldoende is. Braakman: ‘Het is een prima oplossing op plekken waar geen permanente stroomvoorziening mogelijk is en het is een mooi alternatief tijdens de transitie naar een toereikend stroomnet.’
Minder aan- en afvoer
‘In de wegenbouw werken aannemers vaak met batterijpakketten. Bij een echte piek in het werk aan de oevers heeft er ook nog een accupakket op het ponton gestaan. Ook dat kon worden opgeladen met de generator. De WM-200 van Watermeln levert genoeg vermogen om het schip, de kranen, ander elektrisch materieel én het accupakket op te laden’, zegt Braakman.
De waterstoftank moet na twee tot drie weken verwisseld worden voor een volle. Om batterijpakketten te verwisselen moet een vrachtwagen tot tien keer vaker op en neer. ’Dat is dus nog een voordeel van waterstof.’
Vaste aansluiting goedkoper
Als er wél een zware stroomvoorziening voorhanden is, zoals in stedelijk gebied, heeft daar opladen de voorkeur. Dat is goedkoper. ‘De prijs van waterstof is nog wel een minpunt’, beaamt Braakman. ‘Al wordt waterstof steeds goedkoper, zeker als je het in grote hoeveelheden inkoopt. Dat wij de komende jaren samenwerken met Beens-Hakkers geeft hen de zekerheid om zo’n oplossing als deze te ontwikkelen: een geëlektrificeerd werkschip en een waterstofgenerator, waarvoor ze slimmer waterstof kunnen afnemen. Per traject bekijkt de aannemer of opladen met walstroom mogelijk is. Is de waterstofgenerator nodig, dan hebben we tot nu toe het prijsverschil kunnen compenseren met SPUK SEB-subsidie.’
Emissie monitoren
Bij de inkoop voor het programma Duurzame Oevers heeft Noord-Holland de duurzaamheid van het materiaal en inzet van materieel getoetst met de milieukostenindicator (MKI). De provincie gaat vanaf dit jaar ook monitoren hoe sterk de CO2-uitstoot daalt met deze manier van werken.