Slim samenwerken aan schone lucht in Amsterdam

Gepubliceerd 13 januari 2022

In Amsterdam zijn de afgelopen jaren verschillende initiatieven gestart om de lucht schoner te krijgen. Projectleider en beleidsadviseur mobiele werktuigen Vincent Joanknecht vertelt enthousiast over de pilots in Amsterdam voor mobiele werktuigen. Zijn belangrijkste conclusie: emissieloze bouwplaatsen zijn mogelijk, als dit maar samen wordt aangepakt.

Vincent Joanknecht: ‘Via de themagroepen van het Schone Lucht Akkoord weten we als gemeenten van elkaar wat we doen. En we bespreken de initiatieven zodat ze in lijn zijn met landelijke afspraken.’

Een van de meest in het oog springende acties van Amsterdam op het gebied van schonere mobiele werktuigen is te vinden op de digitale snelweg. Op de website van de gemeente kan iedereen namelijk een overzicht vinden van openbare stroompunten. ‘Stroompunten worden onder meer op markten en door foodtrucks gebruikt’, legt Joanknecht uit.

FotoMobWerktuigenVerkeersborden2
Stroompunt in Amsterdam

Online kaart

‘Die kun je bijvoorbeeld ook goed voor een bouwplaats gebruiken. Maar dan moeten ze allereerst wel bekend zijn. Ze moeten natuurlijk veilig zijn. En het moet duidelijk zijn hoe je ze kunt gebruiken. Daarom hebben we een online kaart gemaakt met daarop alle openbare stroompunten, het vermogen en een gebruiksaanwijzing. We blijven de gegevens aanvullen met nieuwe stroompunten. Ook zorgen we ervoor dat de punten die nog niet veilig te gebruiken zijn voor de bouw, dat wel worden.  Zo’n overzicht zorgt ervoor dat bouwers een groener alternatief krijgen voor een dieselaggregaat. Ik heb overigens begrepen dat Utrecht bezig is met een soortgelijk initiatief.’

Living Lab

Amsterdam experimenteert ook met emissievrij materieel bij ondergronds werken. ‘We hebben een Living Lab gehad: bij verschillende infrawerken,  werden emissieloze werktuigen ingezet. Zoals bij werk aan het riool en bij de aanleg van kabels. Het was niet altijd makkelijk, maar het is wel gelukt om het emissieloos te doen. En misschien nog wel belangrijker is om ervan te leren – ook als het niet allemaal volgens plan gaat. De aannemer deelt die lessen op ons verzoek, zodat de hele sector er iets aan kan hebben.’

Sturen vanuit verschillende rollen

Het is lang niet het enige wat Amsterdam doet om meer met schone mobiele werktuigen te werken. Joanknecht somt wat duurzaamheidsinitiatieven op. ‘Bijvoorbeeld bij de aanleg en onderhoud van wegen en de herinrichting van de openbare ruimte zijn we als gemeente zelf opdrachtgever. Voor die bouwplaatsen sturen we vanuit de inkoop, via bijvoorbeeld de CO2-prestatieladder, de Amsterdamse inkoopcriteria "Slim en Schoon" en de milieukostenindicator.’

‘Maar ook als we zelf geen opdrachtgever zijn, willen we kunnen sturen op verduurzaming van mobiele werktuigen. Zo heeft de gemeente een pilot uitgevoerd met het reguleren van aggregaten. Vooral voor kleinere apparaten zijn al goede schonere oplossingen voorhanden. De vraag is hoe je via een vergunning of verordening het gebruik daarvan kunt afdwingen en handhaven. Er is voor aggregaten nog geen registratieplicht. Daardoor liepen we tegen het probleem aan dat de emissieklasse moeilijk te herkennen is. Een ander probleem is dat een aggregaat meestal maar een korte periode ergens staat. Door zo’n pilot krijgen we meer inzicht in de praktische knelpunten.’

Slim samenwerken

Zo blijkt maar weer dat je wel instrumenten kunt bedenken. Maar wat die betekenen voor de organisatie in termen van handhaving, capaciteit, investeren in kennisontwikkeling en budget, is een ander verhaal. Samenwerken is belangrijk om plannen en praktijk in overeenstemming te brengen. Joanknecht: ‘We proberen op dit soort terreinen samen te werken met de andere grote steden Rotterdam, Den Haag en Utrecht in G4-verband – of met Eindhoven erbij als G5. Je moet landelijk oppakken wat landelijk kan.  Tegelijkertijd hebben veel maatregelen bij de implementatie een lokale invalshoek. Daarbij kun je van elkaar leren.’

Emissieloos kán

Joanknecht is sinds een paar maanden weer op dit beleidsterrein actief, net als een paar jaar geleden. Hij kan daardoor goed vergelijken. ‘We zijn een stuk verder. Een van de eerste dingen die me opviel, is dat een aantal jaren geleden overal werd gezegd dat het materieel er niet was. En dat emissieloos dus niet kon. Inmiddels zijn er verschillende bouwbedrijven die elektrisch materieel hebben. De focus ligt er nu op dat het kan. Wat ik helemaal mooi vind, is dat eigenlijk het signaal is dat als verschillende opdrachtgevers samen optrekken en één lijn trekken, de markt meegaat. Zolang ze maar weten waar ze aan toe zijn, zodat ze hun investeringsbeslissingen daarop kunnen aanpassen. Dus, beste overheden en opdrachtgevers, ga het doen, maar doe het samen. Geef bedrijven de tijd om de overstap te maken en faciliteer randvoorwaarden. Zorg dat aannemers bijvoorbeeld niet materieel onnodig vervroegd moeten afschrijven, maar geleidelijk. Zo zetten we samen een stip op de horizon.’

FotoMobWerktuigenMensenOpStraat
Samenwerken aan schone lucht in Amsterdam

VincentJoanknecht

Vincent Joanknecht, gemeente Amsterdam